Het extra bedrag van 100 miljoen euro dat het kabinet heeft uitgetrokken om de werkloosheid te bestrijden, gaat vooral naar ouderen. Voor het aan werk helpen van jongeren zal maar een dikke 10 miljoen beschikbaar komen. Minister Lodewijk Asscher van Sociale Zaken heeft dat donderdagavond gezegd in de Tweede Kamer. Die debatteerde met hem over de snel oplopende jeugdwerkloosheid.
Het kabinet legde het bedrag van 100 miljoen in december op tafel bij overleg met vakbonden en werkgevers. Het is bestemd voor dit en volgend jaar. Asscher zei er niets voor te voelen het bedrag precies door tweeën te delen. Hij wil het geld zo efficiënt mogelijk besteden aan projecten om werklozen weer aan een baan te helpen. Voor jongeren kan volgens hem met minder middelen resultaat worden bereikt dan voor ouderen. Concrete plannen krijgt de Kamer volgende maand te horen.
Asscher onderstreepte dat het overleg met de sociale partners nog gaande is en dat het kabinet bereid is nog meer geld beschikbaar te stellen, op voorwaarde dat vakbonden en werkgevers ook een bijdrage leveren.
Asscher betoogde dat de werkloosheid vooralsnog een groot probleem zal blijven, gezien de slechte economische omstandigheden. Het ergste moet volgens hem zelfs nog komen. Wondermiddelen om het probleem op te lossen zijn er niet, onderstreepte de minister.
Een aantal oppositiefracties vindt de inspanningen van Asscher niet voldoende. De SP wil 1 miljard extra uittrekken voor het aanpakken van de jeugdwerkloosheid. Dat geld moet komen uit een meevaller van 3,8 miljard die de schatkist krijgt uit de recente telecomveiling. Het SP-voorstel maakt geen kans. Het kabinet wil de meevaller gebruiken om de overheidsfinanciën te saneren.
