De oppositie is ertegen om flexwerkers al na twee jaar recht te geven op een vast contract in plaats van na drie jaar. Werkgevers zullen flexwerkers lozen voordat de termijn van twee jaar is verstreken, zo vreest onder meer het CDA.
Vandaag debatteert de Tweede Kamer over het Wetsvoorstel Werk en Zekerheid die minister Lodewijk Asscher (Sociale Zaken) heeft ingediend. Asscher wil met dit wetsvoorstel werknemers met flexibele contracten meer zekerheid bieden door hen eerder te laten doorstromen naar een vast contract. Als het aan de minister ligt, moet de werkgever een werknemer met een flexcontract straks na twee jaar, in plaats van drie jaar, een vast contract aanbieden.
Nadelig effect
De oppositie vreest echter dat dit plan een averechts effect zal hebben. CDA-Kamerlid Pieter Heerma stelt dat dit plan van Asscher ertoe zal leiden dat jongeren nog sneller op straat komen te staan. Bedrijven zullen hen lozen voordat de termijn van twee jaar is verstreken, zo denkt Heerma. Het CDA wil de maatregel terugdraaien en de VVD wil een jaar uitstel, zo blijkt uit het debat.
Tijdens een hoorzitting van de Kamer waarschuwden deskundigen ook al voor dit nadelig effect. Ook bij onder meer D66 leven twijfels over het voorstel. Gisteren liet ook de ChristenUnie weten dat zij vinden dat werknemers langer moeten kunnen werken met een tijdelijk contract als de arbeidsmarkt niet snel aantrekt.
Flexibele schil
De discussie over het inperken van flexcontracten verdeelt werkgevers en bonden. In het sociaal akkoord is weliswaar afgesproken dat het aantal flexcontracten moet worden teruggedrongen, maar aan de andere kant laten recruiters bij inlenende bedrijven weten de de flexibele schil juist te willen vergroten.
ANP/Redactie Flexmarkt
Lees ook:
