Uitzendwerk bestaat in vele landen, maar is lang niet overal hetzelfde. We maken een rondje om de wereld en kijken hoe het in andere landen gesteld is met het uitzendwerk. We beginnen met ons eigen land.
Nederland
In Nederland waren er in 2009 3640 uitzendorganisaties. Ons land sluit hiermee de top 5 af van landen met de meeste uitzendorganisaties. Japan, het Verenigd Koninkrijk, Duitsland en de Verenigde Staten hebben alleen meer uitzendorganisaties. Deze 3640 uitzendorganisaties zijn gezamenlijk goed voor 5 procent van de uitzendomzet die wereldwijd behaald wordt. Dit komt neer op een gezamenlijke jaaromzet van ruim 10 miljard euro (2009).
In tien jaar tijd is het aantal uitzendkrachten in ons land met 14,5 procent gestegen. In 1999 werden 186.000 fulltime banen (fte’s) ingevuld door uitzendkrachten. Dit aantal is in 2009 gegroeid tot bijna 213.000.
De meeste uitzendcontracten zijn in Nederland voor een periode langer dan één maand.
Sectoren
21 procent van de uitzendkrachten werkt in de productiesector. Daarnaast werkt 25 procent in de dienstensector en 10 procent in het openbaar bestuur. Opvallend is dat 40 procent van de uitzendkrachten in Nederland werkt in de categorie ‘overige sectoren’.
Profiel uitzendkrachten
De meeste uitzendkrachten in ons land zijn van het mannelijk geslacht, al is het verschil tussen mannen en vrouwen niet zo groot (53 procent man, 47 procent vrouw).
De meerderheid van de uitzendkrachten is jonger dan 30 jaar, waarbij de meeste uitzendkrachten in de categorie 21-25 jaar vallen (32 procent). De groep uitzendkrachten van 31-45 jaar is overigens groter (26 procent) dan de groep uitzendkrachten van 26-30 jaar (15 procent). Het opleidingsniveau van de meeste uitzendkrachten is gemiddeld (53 procent). Daarnaast is 28 procent laag opgeleid en 19 procent hoog opgeleid.
Een vaste baan vinden is voor 28 procent van de uitzendkrachten de motivatie om uitzendwerk te doen. Daarnaast werden flexibel kunnen werken en werkervaring opdoen als redenen gegeven om uitzendwerk uit te voeren.
