Aanstekelijk werkgeverschap bij Aditech: geluk, een goed gesprek en gratis hamburgers

0

“Wij doen er alles aan om een omgeving te creëren, waarin iemand gaat vertellen wat hij belangrijk vindt”, zegt directeur Martijn Lussenburg van uitzender Aditech. Zelfs de vaktechneut in die stoere mannenwereld die de techniek toch wel is.

Tekst: Ellen Nap

De missie en visie hebben bij Aditech plaats gemaakt voor ‘een droom en een doel’. “Missie en visie zijn toch wat corporate termen”, zegt Martijn Lussenburg, de directeur van het uitzendbureau dat gespecialiseerd is in vakmensen in de techniek. Maar belangrijkste reden voor die verandering, is dat de missie en visie die Aditech de afgelopen jaren voerde – ‘een nuchter en degelijk familiebedrijf met veel persoonlijke aandacht’ – staat als een huis.

Langdurige relatie met opdrachtgevers

“Toen ik hier twintig jaar geleden begon, was het streven een duurzame en langdurige relatie. Met onze opdrachtgevers, leveranciers en medewerkers”, vertelt Lussenburg. “Die relatie staat aan de basis van het fundament dat we de afgelopen twintig jaar hebben gelegd.” Daarmee was het dus ook tijd voor een volgende stap. En met een droom en een doel houd je het wat simpeler, zegt Lussenburg. Droom en doel van Aditech zijn omschreven als: ‘wij vinden dat iedereen het verdient om gelukkig te zijn in zijn baan en in zijn leven’. Een motto dat geldt voor zowel de 600 flexkrachten (250 zzp’ers, de rest wordt gedetacheerd of uitgezonden, waarbij uitzenden het kleinste deel is) als de circa 70 mannen en vrouwen op kantoor.

Het beste uit jezelf halen

Aditech stelt dat je als werkgever op zowel iemands werk als leven een belangrijke invloed hebt. “Als je met tegenzin naar je werk moet, merk je dat thuis ook. Of stel dat je je niet gewaardeerd of erkend voelt, of misschien wel gediscrimineerd.” Noem alle maatschappelijke werkelijkheden maar op. Punt is dat niet iedereen op zijn plek zit of vastzit en niet durft te bewegen, aldus Lussenburg. “Wij zijn continu op zoek naar hoe we ervoor kunnen zorgen dat mensen het beste uit zichzelf halen. Voor onze mensen op kantoor en voor onze vakmensen.”

Het gesprek aangaan

In de stoere mannencultuur die de techniek natuurlijk ook is, zal niet iedere vakman direct onderkennen dat hij het ergens lastig heeft of klem zit – aldus Lussenburg. “Dat komt niet van nature. Ze zullen niet naar ons toe komen en zeggen: nou, ik word hier op deze plek een beetje verdrietig.” Hoe daarmee om te gaan? ‘Eenvoudigweg het gesprek aan gaan’, zal Lussenburg meerdere keren zeggen. “Wij trainen onze interne organisatie continu op het goede gesprek aan durven en kunnen gaan. Want dat is waar het allereerst over gaat. Ga maar vragen: zit je op je plek? En zo ja waarom en zo nee, waarom niet? Wat kunnen wij daaraan doen, binnen of buiten onze organisatie?” Dat gaat niet altijd in één keer. “Het is mooi als een gesprek direct tot iets komt, maar iemand hoeft natuurlijk niet meteen alles op tafel te leggen. Het is geen verplichting. Maar soms zet het mensen aan het denken. Of zeggen mensen ‘ik heb het hartstikke naar mijn zin’.”

Familiebedrijf

Genoeg bureaus die in deze tijd van krapte cv’s schuiven, zegt Lussenburg. “Maar het gaat hier om mensen met een gezin en hypotheek. Wij zijn een familiebedrijf en dat maakt dat we net wat dichter bij de mensen staan. Dus vinden we het heel belangrijk dat die mensen gelukkig zijn in hun werk. En die kans is het grootst als de juiste vakmensen op de juiste plek zitten. Wij kijken dus hoe we in iemands werk het verschil kunnen maken.”

Oprechte persoonlijke interesse

Concreet betekent dat dus dat uitgebreide gesprek: geen snelle intake volgens standaardaanpak, maar een uur met elkaar zitten – ‘geen inschrijfcomputers’. “Oprechte persoonlijke interesse moet de drijfveer zijn van onze mensen hier op kantoor. We willen de diepte in. Met vragen als ‘hoe zit je als mens in elkaar’ en ‘wat is belangrijk voor je gezin’. Die gesprekken zijn ‘niet in een inspiratieloos hokje met iemand in driedelig grijs’. “We willen dat onze krachten zich op hun gemak voelen, dus hebben we een ruimte ingericht als bouwkeet, met gereedschap en werkkleding. Alles om een veilige omgeving te creëren, waarin iemand gaat vertellen wat hij belangrijk vindt.”

Flexkrachten opzoeken met vreetkeet

Dat gesprek moet je daarna ook blijven voeren, dus om in contact te komen en blijven, gaan zijn mensen veel naar de bouw toe om de flexkrachten op te zoeken. Ook organiseert Aditech van alles. Zoals de ‘Vreetkeet’, een foodtruck (zie foto) die langs bouwprojecten rijdt om tijdens lunch hamburgers te bakken en soep te serveren, aan al het personeel op de bouwplaats. “We trakteren dan alle medewerkers, niet alleen de onze. Het zorgt voor trots en betrokkenheid.”

“Kijk, wij zijn als arbeidsbemiddelaar bezig met zaken als vakmanschap, het ontzorgen van onze klanten en zorgen dat onze mensen een leuke baan hebben. Maar dat doen we wel vanaf kantoor. Dus wij hebben een heel actieve rol te spelen in het continu opzoeken van onze krachten. Twintig jaar geleden kwam je op vrijdag je loonzakje ophalen, maar nu alles digitaal gaat moeten wij naar hen toe bewegen.”

Vreetkeet Aditech
De vreetkeet van Aditech waarmee uitzendkrachten op de bouwplaats worden opgezocht

Uitbreiding aantal vestigingen

Dat is ook de belangrijkste reden dat Aditech het aantal vestigingen – op dit moment twaalf door het hele land – blijft uitbreiden. “We willen naar de twintig, zodat we altijd dicht bij de monteur en de klant zijn. De zaak goed moet bereikbaar zijn, zodat mensen denken ‘ik rij even langs’. Voor gereedschap, werkkleding of gewoon een bak koffie.”

DNA moet mee naar nieuwe vestiging

Uitbreiden gebeurt altijd vanuit een bestaand kantoor: twee of drie teamleden splitsen zich af en stappen in op de nieuwe vestiging om zeker te zijn dat het ‘dna’ van het bedrijf meegaat. Dat is een voorwaarde voor het openen van een nieuwe vestiging, naast het hebben van voldoende business in die regio.

‘Cultuur onderhoudt je van nature’

Iedereen kent iedereen, mensen weten van elkaar waar ze mee bezig zijn en waar ze verantwoordelijk voor zijn. Dat ‘familiebedrijfsgevoel’ wordt gewaardeerd, stelt Lussenburg. Op de vraag of je die cultuur hebt te onderhouden, zegt hij: “Je onderhoudt dat natuurlijk wel, maar dat gaat van nature. Het is niet zo dat we met elkaar in het managementteam bespreken wat we kunnen doen aan onze organisatie.”

“Het is voor ons heel normaal om een sinterklaasfeest te organiseren. Net als dat ik vanmorgen samen met een regiomanager bij een collega thuis ben langs geweest omdat hij tien jaar in dienst is. Dan gaan we daar met een bloemetje, een taart en een cheque naartoe. Drinken we een bak koffie met elkaar.” Dat bespreek je niet in een MT, dat doe je gewoon, aldus Lussenburg. “Ik denk dat dat uiteindelijk ook van nature een selectie oplevert voor nieuwe collega’s. Mensen die het aanspreekt om voor een familiebedrijf te werken, waar je met de directeur je sollicitatiegesprek voert om maar iets te noemen.”

Aditech

Uitzendbureau Aditech bemiddelt vakmensen binnen de elektro-, installatie- en metaaltechniek. Dertig jaar geleden richtte Aart Diepenhorst, nog steeds betrokken als – enige – aandeelhouder, het bureau in Gorinchem op. Twee van zijn kinderen werken in het bedrijf en een derde staat op het punt aan een traineeship binnen Aditech te beginnen. Voor het bedrijf werken zeshonderd technische vakmensen en zeventig kantoormedewerkers bemensen de twaalf vestigingen door het hele land.

Tot aan pensioen

Uiteindelijk leidt zo’n cultuur en werkwijze ertoe dat je interessant bent voor de groep vaktechnici ‘die er iets van willen maken’, denkt Lussenburg. “Het zijn de mensen die niet veertig jaar lang alles op exact dezelfde manier willen doen. En ja dan heb je automatisch ook over de wat jongere generatie, maar onder de oudere generatie binnen ons bedrijf hebben we genoeg monteurs die we uiteindelijk tot aan hun pensioen begeleiden.”

Duurzame inzetbaarheid

Met de oudere generatie hebben ze vooral het gesprek te voeren over hoe ze van ‘hun laatste tien jaar werken een feestje kunnen maken’. En dat gaat met name over gezondheid. “Dat is dan wel een onderwerp dat we heel duidelijk in het MT bespreken. Als het om duurzame inzetbaarheid gaat, hebben wij als werkgever echt iets te doen.” Ook dat gaat over het gesprek aangaan. “Soms houden mensen ergens aan vast, maar kunnen ze het eigenlijk niet meer aan. Dan moet je dus echt zeggen dat we dit niet meer gaan doen en dat we wat anders met elkaar moeten zoeken.”

Aantrekkelijk blijven als werkgever

Het is maatwerk. Al zouden we in de toekomst wat Lussenburg betreft toe moeten naar een maximale leeftijd voor fysiek zwaar werk. “Dat is dan mijn droom. Dat iedereen die bij ons zijn pensioenleeftijd haalt, dat in goede gezondheid doet. Met alle mobiliteit die daarbij hoort.” Bij de jongere generatie zit dat er al meer in, ook omdat ze vanuit school daar aandacht voor hebben. Bij jongeren is de uitdaging hun aandacht te behouden. “En zorgen dat je aantrekkelijk bent en blijft als werkgever. Met je secundaire arbeidsvoorwaarden, een aardigheidje rond kerst en het organiseren van zaken als een zomer-barbecue.”

Verbinding onderling

Met het organiseren van uitjes zorgt Aditech ook voor verbinding tussen de vakmensen onderling. “Met elkaar dingen doen, ook buiten werktijd en met familie, speelt een belangrijke rol. Net als het betrekken van mensen bij de dingen die wij als bedrijf ontwikkelen. Zoals kleding.”

Het hoeft helemaal niet groot en meeslepend te zijn, zegt Lussenburg. “Het zijn, in onze branche, juist de kleine dingen die het doen. Iedereen die bij ons komt werken krijgt goede werkkleding en een professionele set gereedschap mee. Van de hoogst mogelijke kwaliteit.” Soms krijgt hij weleens een telefoontje van zijn opdrachtgevers: ‘hé joh, je stuurt iemand maar die heeft beter gereedschap dan mijn monteur’. “Daarmee geef je ze ook een bepaalde verantwoordelijkheid. En vertrouwen.”

Trouwe medewerkers en uitzendkrachten

Het resultaat, zegt Lussenburg, is dat tachtig procent van de mensen die via Aditech werkt dit langer doet dan een jaar. “Veertig procent is in vaste dienst en werkt al langer dan vier jaar voor ons. Slechts twintig procent is uitzendkracht. En eigen, interne medewerkers werken hier gemiddeld zo’n drie jaar. Terwijl het verloop in de branche negen maanden is, dus bij ons is dat vier keer zo lang!”

Bio Martijn Lussenburg

Directeur Martijn Lussenburg werkt twintig jaar bij Aditech, waar hij begon als vestigingsmanager. Lussenburg volgde een opleiding tot accountant maar maakte die niet af. Na een kleine zeven jaar bij Ernst & Young te hebben gewerkt, stapte hij in 2003 over naar Aditech. Als vestigingsmanager klom hij, van financieel directeur tot algemeen directeur sinds 2021.

Over Auteur

De redactie van Flexmarkt zorgt er gezamenlijk voor dat jij op de hoogte blijft van inspirerende en vooral betrouwbare vakinformatie over gerelateerde onderwerpen op gebied van flexwerkers, ondernemen, payroll en de uitzendbranche.

Reageer