Uitzendkrachten krijgen vanaf 2026 precies dezelfde arbeidsvoorwaarden als vaste medewerkers bij opdrachtgevers. Dat staat in een principeakkoord dat werkgeversorganisaties ABU en NBBU hebben gesloten met vakbond LBV. Het akkoord geldt voor de periode 2026 tot en met 2028 en moet nog worden goedgekeurd door de leden van de betrokken partijen.
Volledig gelijke behandeling vanaf 1 januari 2026
Het centrale punt van het akkoord is dat uitzendkrachten vanaf 1 januari 2026 volledig gelijk worden behandeld ten opzichte van vaste medewerkers bij opdrachtgevers. Ze krijgen dan recht op exact dezelfde beloning, inclusief loon, toeslagen, periodieken, reiskosten en overige arbeidsvoorwaarden zoals pensioen en scholing.
Volgens ABU en NBBU sluit deze afspraak aan op nieuwe wetgeving die op dat moment naar verwachting van kracht wordt. Die wet zal gelijke behandeling tussen uitzendkrachten en vaste krachten wettelijk verplicht stellen.
Vooruitlopen op complexe wetgeving
De brancheorganisaties noemen het akkoord noodzakelijk om op tijd voorbereid te zijn op de veranderingen die de nieuwe wet met zich meebrengt. De invoering van gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden is complex, aldus ABU en NBBU. Daarom is het belangrijk om ruim voor 2026 duidelijkheid te hebben, zeggen ze.
De werkgeversorganisaties hebben alleen met LBV om tafel gezeten: FNV, CNV en De Unie waren niet aanwezig bij deze onderhandelingen. Volgens ABU en NBBU hebben zij wel geprobeerd om de vakbonden om tafel te krijgen, maar CNV geeft aan dat de vakbonden niet uitgenodigd zijn. Simone Nederend namens de ABU: “Wij herkennen ons niet in de uitspraak dat de vakbonden niet zijn uitgenodigd. Sterker nog: wij hebben op meerdere momenten actief de uitnodiging gedaan om samen het gesprek weer aan te gaan.”
Reactie LBV: ‘Grote stap richting echte gelijkwaardigheid’
Vakbond LBV is tevreden met het akkoord. Marco Stavinga van LBV: “Dit akkoord brengt de belofte van gelijke behandeling een stap dichterbij. We hebben laten zien dat je met vakbond aan tafel meer bereikt dan vanaf de zijlijn roepen.”
Daarnaast benadrukt de bond dat het akkoord ook duidelijkheid schept voor uitzendbureaus en opdrachtgevers. Door het nu al vastleggen van de afspraken kunnen zij zich goed voorbereiden op de nieuwe verplichtingen vanaf 2026.
Volgende stap: goedkeuring door leden
Het principeakkoord is nog niet definitief. De leden van ABU, NBBU en LBV moeten het nog goedkeuren. Als dat gebeurt, gaat de nieuwe cao op 1 januari 2026 in en geldt dan voor drie jaar. Het akkoord heeft mogelijk grote gevolgen voor de honderden duizenden uitzendkrachten in Nederland, en zal ongetwijfeld de komende tijd onderwerp van gesprek blijven binnen de sector.
Lees ook: PIDZ: “Zorg draait op zzp’ers, dat gaat niet zomaar veranderen”