Enorme vraag naar zorgprofessionals, arbeidspotentieel onbenut

0

Het aantal unieke (online) vacatures in de zorg is in één jaar tijd met maar liefst 43% toegenomen. Een kandidaat kan gemiddeld uit vier vacatures kiezen. Gelukkig is er onbenut arbeidspotentieel dat graag (meer) zou willen werken, juist in de zorg.

Dit blijkt uit onderzoek van Intelligence Group in opdracht van HR-specialist Compagnon.

Vacaturedruk hoog

Iedere actieve baanzoeker in de zorg (51.518 in totaal) heeft tegenwoordig de keuze uit vier openstaande vacatures (204.038 in de afgelopen twaalf maanden). In de provincies Noord-Holland en Utrecht bedraagt de vacaturedruk zelfs 8:1.

Ondanks de hoge vacaturedruk is het aantal werkzame personen in de zorg het afgelopen jaar fors toegenomen. Door de coronacrisis groeide hun aantal met maar liefst 18% (85.000) naar in totaal 548.300 zorgprofessionals. “Alle vormen van instroom die voorheen niet mogelijk waren, waren dat door de coronacrisis in één keer wel”, zegt Frank Roders, directeur van Compagnon. “Rigide protocollen werden geparkeerd zonder de veiligheid en het algehele welzijn in gevaar te brengen, waardoor de productiviteit steeg. Steeds meer zorginstellingen vallen echter terug op hun oude structuur en systemen. Zaken die een jaar geleden nog konden, kunnen nu helaas niet meer.”

Lees ook: Arbeidsmarkt verder op slot; sourcingsdruk naar recordhoogte

Ontgroening en vergrijzing

Uit het onderzoek blijkt dat het grootste gedeelte van de in totaal 85.000 nieuwe zorgprofessionals meer dan tien jaar werkervaring heeft. Tegelijkertijd neemt het aantal jonge zorgprofessionals af, mede ingegeven door een tekort aan stageplekken en/of lastige onboarding door de coronacrisis. Dit heeft als direct gevolg dat de vergrijzing in de zorgsector snel toeneemt: zo daalde het percentage zorgprofessionals jonger dan veertig jaar in één jaar tijd van 45% naar 40%. Parallel daaraan is zowel de arbeidsmarktactiviteit als –mobiliteit (intern en extern aanbod) kleiner geworden. Roders: “De zorgsector ontgroent in rap tempo. Waar met name zij-instromers en herintreders de weg terug vonden naar de zorg, is het tegenovergestelde het geval bij jongeren. Vooral vanuit het mbo zien we de afgelopen jaren dat de instroom sterk terugloopt. Dit kan op zowel de korte als lange termijn grote gevolgen hebben voor het duurzame aanbod in de sector. Als deze trend zich de komende jaren voortzet, is er sprake van alarmfase 1 voor beleidsmakers, onderwijsinstellingen én werkgevers.”

Lees ook: Werkgevers bezorgd over vinden en behoud talent

Flexibilisering zorgsector

Naast ontgroening en vergrijzing, is ook de flexibilisering van de zorgsector het afgelopen jaar sterk toegenomen. Zo steeg het aantal zzp’ers dat werkzaam is in de zorg van 48.000 in 2020 naar 56.500 in 2021 (+18%). Opvallend genoeg komt deze toename vooral voor rekening van de mannelijke zzp’ers: hun aandeel steeg in één jaar tijd van 20 naar 28%. Roders: “De huidige schaarste in de zorg geeft zorgmedewerkers veel macht en autonomie. Zorgprofessionals begeven zich daardoor steeds vaker in een modern functionerende arbeidsmarkt. Organisaties moeten daarin mee en daarvoor is met name visie, lef en daadkracht nodig. Het alternatief is dat de zorg verder vergrijst en flexibiliseert en daardoor pensioen-, verzuim- en inhuurkosten een nog groter gedeelte van de beschikbare budgetten opeisen. De problemen zijn oplosbaar, maar dan moeten wel de handen uit de mouwen. Papier is immers geduldig.”

Onbenut arbeidspotentieel

Uit een ander recent onderzoek, uitgevoerd door Panelwizard in opdracht van Pro Contact, bleek onlangs dat juist de sectoren waar op dit moment een schreeuwend tekort aan personeel is, aantrekkelijk blijken te zijn onder het Nederlands onbenut arbeidspotentieel. De zorg (23%) en het onderwijs (18%) worden door deze groep aangewezen als dé branches waar men (meer uren) zou willen werken.
“De zorgsector staat al jaren onder druk door het tekort aan handen”, zegt Willem Bos, creatief directeur bij Pro Contact en initiatiefnemer van het onderzoek. “Des te gewilder is het onbenut arbeidspersoneel. Zij zijn een belangrijk onderdeel van de oplossing. Deze 1,1 miljoen Nederlanders staan op dit moment aan de zijlijn en zijn hard nodig. Sterker nog, uit ons onderzoek blijkt dat ze ook aan de bak willen.” De mate van bereidheid om een baan te vinden of meer uur te werken blijkt uit het feit dat bijna de helft (46%) werk zou willen doen onder zijn of haar niveau.
Aan het onbenut arbeidspersoneel is ook gevraagd wat hen zou aansporen om weer of meer aan het werk te gaan. Het bieden van een goed salaris (50%), flexibel in te delen werk (47%) en iemand persoonlijk benaderen om te komen werken (25%) zijn de meest genoemde factoren. Bos: “Ik denk dat het voor veel bedrijven een doorn in het oog is dat er zo’n grote groep op de bank zit, terwijl ze staan te springen om extra personeel. Misschien wel extra frustrerend om te concluderen dat deze groep bereidwillig is om de handen uit de mouwen te steken in noodlijdende sectoren. We moeten echt serieus gaan kijken naar de manier om hen in beweging te krijgen. Een persoonlijke benadering zou een goede eerste stap kunnen zijn. Maar we moeten ook kritischer zijn op de manier waarop we werk indelen en de hoogte van salarissen.”

Lees ook: Records, krapte en corona – wat betekent dat voor flexbedrijven?

Volg Flexmarkt op LinkedIn:

Over Auteur

De redactie van Flexmarkt zorgt er gezamenlijk voor dat jij op de hoogte blijft van inspirerende en vooral betrouwbare vakinformatie over gerelateerde onderwerpen op gebied van flexwerkers, ondernemen, payroll en de uitzendbranche.

Reageer