Frank van Gool (OTTO Work Force) pleit voor invoering van een uitzendvergunning 2.0. Niet iedereen in de branche is het daarmee eens. Maar veel collega’s delen wel zijn conclusie dat de zelfregulering is mislukt en dat de brancheorganisaties meer moeten doen om malafide uitzenders aan te pakken. “De wildgroei moet worden aangepakt.”
Dat blijkt uit een interview met Frank van Gool, CEO van OTTO Work Force, in een interview in Flexmarkt die vandaag is verschenen.
Invoering uitzendvergunning 2.0
OTTO Work Force bemiddelt arbeidsmigranten, met name uit Polen. En daarbij gaat in de praktijk heel veel mis. Van Gool stelt in het interview dat aan de onderkant van de arbeidsmarkt een groeiende groep (concurrenten, red.) zit, die het niet goed doen. “We lezen elke dag over uitbuiting. Over mensen die worden onderbetaald of niet conform de cao worden betaald.” Daarom pleitte Van Gool afgelopen zomer in het Financieele Dagblad al voor de invoering van een uitzendvergunning 2.0 en een strenger beleid voor huisvesting van arbeidsmigranten.
Van Gool stelt drie criteria voor waar afgifte van een uitzendvergunning aan zou moeten voldoen:
- NEN-certificering, met controle door huidige geaccrediteerde inspectiepartijen
- Een (aan de overheid) te betalen deposito van 75.000 euro om de drempel voor startende uitzendbureaus te verhogen
- Een certificaat van bekwaamheid
Lees ook: OTTO Workforce pleit voor herinvoering uitzendvergunning
Alleen herinvoering van de uitzendvergunning kan volgens Van Gool de onderkant van de markt worden aangepakt en kan ook verdere margedruk in de sector worden voorkomen. “Nederland is het enige Europese land waar geen uitzendvergunning is vereist”, zegt Van Gool die dus pleit voor herinvoering van de uitzendvergunning. Hij wijst erop dat sinds het afschaffen van de uitzendvergunning in 1998 er aan de onderkant van de uitzendmarkt een wildgroei ontstaan (Nederland telt circa 14.000 uitzendbureaus).
Maar het idee voor herinvoering van de uitzendvergunning kan niet op ieders steun rekenen. Uitzendcollega’s van onder meer Hobij, Raaak Personeel, Olympia en Adecco zeggen in Flexmarkt het eens te zijn met het feit dat de onderkant van de markt moet worden aangepakt, maar twijfelen over herinvoering van de uitzendvergunning de oplossing daarvoor is.
Zelfregulering is mislukt
Wel kan een aantal van de gevraagde uitzendbureaus zich vinden in Van Gools’ conclusie dat zelfregulering in de flexbranche niet goed werkt. Zij wijzen hierbij ook naar de brancheorganisaties. Zo stelt Karin Weise, HR & Legal Expert bij Adecco Group Nederland dat de ABU een strikter beleid zou mogen hanteren als het gaat om het voldoen aan de criteria die de branche en de markt samen hebben opgesteld. “Daarmee krijgt het ABU-lidmaatschap een sterker karakter als keurmerk en dat draagt bij aan het kunnen scheiden van het kaf van het koren.”
Ook Van Gool vindt dat de ABU en NBBU nu aan zet zijn. “Anders zou een volgend kabinet wel eens met nog strengere regelgeving kunnen komen, waar we nog veel meer last van hebben.”
NBBU: ‘absolute onzin’
In een reactie laat NBBU-directeur Marco Bastian weten de oproep van Van Gool ‘absolute onzin’ te vinden. “Van Gool stelt dat je met vergunningen misstanden oplost. Maar dat (..) slaat nergens op. De huidige zelfregulering heeft de sector veel gebracht. (..)De aanpak van misstanden vergt meer dan alleen een vergunning. Dat vraagt om handhaving. Meer handhaven voor partijen die niet zijn aangesloten bij NBBU, ABU en/of SNA, kan helpen.”
Ook Jurriën Koops, directeur van de ABU, ziet niets in een vergunning. “Ik deel met Frank (Van Gool) dat we een probleem hebben – er zijn te veel bureaus en te veel foute bureaus – maar voor de oplossing kijken wij iets verder.” Koops denkt dat een groot deel van het probleem zit in een gebrek aan handhaving. “De zelfregulering kan alleen goed slagen als er (..) hele effectieve en strakke handhaving is.” Dat de zelfregulering faalt, daar is Koops het ook niet mee eens. “Want wij zijn als ABU voldoende in staat onderscheidend te zijn te opzichte van de rest van de markt.”
Lees het hele artikel, geschreven door Flexmarkt (eind-)redacteur Ellen Nap, in de oktober-editie van Flexmarkt die net is verschenen. Nog geen abonnee van Flexmarkt?
