GroenLinks, SP en PvdA komen met een wetsvoorstel om de rechten van payrollers gelijk te trekken met die van werknemers met een gewoon contract. De ABU is kritisch over de initiatiefwet en pleit voor goed gereguleerde payroll.
De initiatiefwet komt van GroenLinks-Kamerlid Zihni Özdil, SP’er Bart van Kent en Gijs van Dijk van de PvdA. Volgens deze politici zijn payrollers doorgaans een stuk slechter af dan hun directe collega’s die niet zijn ingehuurd maar gewoon aangenomen. Volgens de linkse partijen zijn payrollmedewerkers kwetsbaar omdat ze geen cao hebben en vaak als ze zich ziek melden de eerste dagen geen salaris krijgen. Ook hun pensioen zou er geregeld bij inschieten. De initiatiefwet moet de rechten van payrollers en ‘gewone’ werknemers gelijk gaan trekken. Payrollbedrijven moeten volgens de linkse partijen worden verplicht dezelfde arbeidsvoorwaarden te hanteren die ook voor vaste werknemers bij de inlener gelden.
ABU: inlenersbeloning
De ABU laat weten een voorstander te zijn van goed gereguleerde payrolling, maar vindt dit wetsvoorstel te generiek. Nadere payrollwetgeving kan afbreuk doen aan de belangrijke rol die payrolling op de arbeidsmarkt vervult en de noodzaak tot nieuwe regels ontbreekt, zo stelt de ABU.
Zo wijst de ABU erop dat payrolling een juridisch erkende vorm van terbeschikking stellen van arbeidskrachten is, waarop al veel regelgeving van toepassing is. Zo vallen payrollwerknemers onder de CAO voor Uitzendkrachten. Daarvan maakt deel uit dat zij vanaf hun eerste werkdag recht hebben op de beloning die bij de opdrachtgever geldt (inlenersbeloning). Gelijke behandeling, waarnaar de initiatiefnemers van het wetsvoorstel streven, is dus al voldoende gewaarborgd, stelt de ABU.
Ook hebben payrollwerknemers net als ‘gewone werknemers’ recht op loon tijdens ziekte en bouwen zij pensioen op. Omdat payrollwerknemers – anders dan bijvoorbeeld zzp’ers – onder het arbeidsrecht vallen, worden zij juridisch goed beschermd.
Payrollwet
Links pleit dus opnieuw voor een soort payrollwet, terwijl demissionair minister Asscher (Sociale Zaken) vorig jaar nog liet weten dat ‘nog geen uitvoering wordt gegeven aan de zogenoemde motie Hamer’, wat betekent dat hij niet met nieuwe wetgeving over payroll komt. Volgens die motie zouden payrollwerknemers dezelfde arbeidsvoorwaarden moeten krijgen als de eigen medewerkers bij de inlener waar zij werkzaam zijn.
Bezwaar NBBU
De NBBU liet destijds ook al weten bezwaar te hebben tegen het kabinetsvoornemen rondom payroll. Volgens de NBBU is het gelijktrekken van arbeidsvoorwaarden door nieuwe wetgeving niet nodig, want de beloning voor payrollwerknemers is al gelijkwaardig aan die voor medewerkers in dienst van de inlener. NBBU-leden passen al heel lang de inlenersbeloning vanaf dag één toe voor payrollwerknemers.
Payroll belangrijk voor arbeidsmarkt
Ongeveer 200.000 werknemers zijn niet in dienst van het bedrijf of de organisatie waar ze werken, maar van een payroll-bedrijf. Vooral de horeca, scholen en gemeenten werken met payrollers.
De ABU wijst op het belang van payrolling voor de arbeidsmarkt. Volgens de brancheorganisatie maakt payrolling werk mogelijk. Een kwart van de mensen die via payrolling aan het werk zijn, was daarvoor werkloos of arbeidsongeschikt, zo stelt de ABU. Het biedt dus een belangrijke opstap voor werklozen. Daarnaast ontzorgt payrolling ondernemers. Vooral voor het MKB is payrolling een waardevolle vorm van HR-dienstverlening.
ANP/ABU/deVolkskrant
