Ontbindingsverzoek door de werknemer wegens verhuizing van de werkgever

0

Werkgever moet een behoorlijke vergoeding
betalen.

Een werknemer met een dienstverband van ruim 15 jaar dient mee te verhuizen met haar werkgever. Deze heeft een vestiging opgeheven en heeft de werkzaamheden verplaatst naar een andere, reeds bestaande, locatie.
De werknemer geeft aan dat haar persoonlijke omstandigheden de zeer lange reistijd niet mogelijk maken. Zij zou dagelijks 5,5 uur dienen te reizen; daarnaast woont haar oude en hulpbehoevende moeder bij haar in en heeft zij zelf bepaalde lichamelijk klachten die lang reizen verhinderen. Tevens heeft zij vernomen dat zij op de nieuwe locatie andere werkzaamheden zou dienen te verrichten, maar heeft, ondanks herhaaldelijke verzoeken, niet mogen vernemen wat zij dan precies zou moeten gaan doen. Bovendien heeft de werkgever pas op zeer korte termijn de verhuizing aangekondigd en is, in de ogen van de werknemer, geen noodzaak tot de verhuizing aangetoond. Daarbij heeft zij aangeboden vanuit huis te gaan werken, waarop de werkgever in het geheel niet heeft gereageerd.
De werknemer verzoekt de rechter het dienstverband te ontbinden.
 
De beslissing
De Kantonrechter gaat over tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst omdat de werknemer daarom verzoekt en de werkgever daar geen bezwaar tegen maakt. Vervolgens komt de mogelijke vergoeding aan de orde. Omdat het verzoek tot ontbinding door de werknemer wordt ingediend, onderzoekt de rechter in wiens risicosfeer deze beëindiging dient te liggen. Hij is van oordeel dat dit voor risico van de werkgever komt, die onvoldoende aantoont dat er een bedrijfseconomische noodzaak voor verhuizing van de bedrijfslocatie is. Bovendien heeft de werkgever bijzonder onzorgvuldig gehandeld door de verhuizing op korte termijn (drie maanden) aan te kondigen en de werknemer geen reactie te geven op al haar vragen en het feit dat er geen deugdelijke compensatie is gegeven voor de lange reistijd van de werknemer. De vergoeding die de werkgever aan de werknemer dient te betalen overschrijdt de zogenaamde neutrale kantonrechtersformule.
Kantonrechter Utrecht 12 oktober 2004, Jurisprudentie Arbeidsrecht 2004, nummer 283
 
Commentaar
Een ondernemer heeft het recht bedrijfseconomische maatregelen te treffen, maar dient daarbij zorgvuldig om te springen met de belangen van de werknemers.
De werkgever heeft het in dit geval gelaten bij de aankondiging van de verhuizing en de toekenning van de gebruikelijke € 0,18 vergoeding per reiskilometer. Deze onzorgvuldigheid is de werkgever duur komen te staan.
 
 
Bron: mr J.M. Caro, Advocatenkantoor Werk & Wet

Over Auteur

Reageer