Asscher: sectorverloning is ‘oneigenlijk premievoordeel’

0

Minister Asscher (Sociale Zaken) heeft in antwoord op Kamervragen tekst en uitleg gegeven over zijn resolute besluit om de sectorverloning af te schaffen. Asscher spreekt van ‘oneigenlijk premievoordeel’ voor uitzendbedrijven en ‘onbedoelde effecten’.

De Kamervragen zijn eerder ingediend door Kamerleden Omtzigt en Heerma (CDA) naar aanleiding van het besluit van Asscher om de sectorverloning af te schaffen.

Onbedoelde effecten

Asscher geeft in zijn antwoorden op de Kamervragen aan dat hij de beslissing om sectorverloning af te schaffen (voor nieuwe aanvragen) heeft gedaan om de ‘onbedoelde effecten van een uitzonderingsbepaling zo snel mogelijk te stoppen’.
Asscher spreekt van een ‘oneigenlijk’ premievoordeel voor uitzendbedrijven die zijn ingedeeld in een vaksector. Zijn motivatie hiervoor: de uitzonderingsbepaling op grond waarvan indeling in de vaksector mogelijk is, was bedoeld voor uitzendbedrijven die uitzenden op contracten zonder uitzendbeding in de veronderstelling dat dit meer vaste krachten zouden zijn. In de praktijk is echter gebleken dat contracten van uitzendbedrijven zonder uitzendbeding vrijwel even flexibel zijn als contracten met uitzendbeding. Door de uitzonderingsbepaling wordt uitzendarbeid niet geprijsd zoals volgens de geldende wet- en regelgeving de bedoeling is, zo stelt Asscher.

Oneerlijke concurrentie?

Nu Asscher heeft besloten per direct de sectorverloning af te schaffen ontstaat een situatie waarin uitzendbedrijven die al gebruik maakten van sectorverloning vóór 24 mei 2017 dat voorlopig kunnen blijven doen, terwijl nieuwe toetreders in de markt die mogelijkheid niet meer hebben.
Oneerlijke concurrentie stelt de uitzendbranche, maar Asscher verwerpt deze kritiek en stelt dat het onderscheid in indeling in vaksectoren en uitzendsector voor 24 mei ook al bestond.
Henk Geurtsen (Flex-Experts) stelde onlangs op Flexmarkt.nl echter dat Asscher hiermee wel degelijk oneerlijke concurrentie creëert en hij de vrije toetreding van nieuwe uitzendbureaus en payrollbedrijven verstoort.

Sectorverloning werd ‘te populair’

Dat Asscher dit voor de uitzendsector ingrijpende besluit heeft genomen zonder de Tweede Kamer op de hoogte te stellen was volgens de minister nodig omdat er ‘een snelle verschuiving van uitzendarbeid vanuit de sector uitzendbedrijven naar andere sectoren is opgetreden’. Uit cijfers van UWV en de Belastingdienst blijkt dat inmiddels meer dan 50% van de geregistreerde uitzendarbeid plaatsvindt buiten de uitzendsector. Blijkbaar vond Asscher dat er dus teveel gebruik gemaakt werd van de mogelijkheid tot sectorverloning (uitzonderingsbepaling).

Asscher wijst er overigens wel op dat dit besluit slechts het bevriezen van de huidige uitzonderingsbepaling betreft, in afwachting van een definitieve regeling.

Verschillen in premie

De premies voor de sectorfondsen en de Werkhervattingskas zijn gebaseerd op de instroom van werknemers uit deze sectoren in uitkering tegen werkloosheid, ziekte en arbeidsongeschiktheid. Vanuit de uitzendsector wordt volgens Asscher een groter beroep gedaan op sociale verzekeringen, waardoor de premies voor de uitzendsector hoger zijn. Dit volgens het principe ‘de vervuiler betaalt’, zo licht Asscher toe,

Dat de verschillen in premies voor sectorfondsen groot zijn blijkt uit het volgende overzicht.

 

Premies vaksectoren Maximale verschil tussen vaksector en uitzendsector
Havenbedrijven 3,73%  5,31%
Metaal en techniek 1,85% 7,19%
Gezondheidszorg 2,00% 7,04%
Overig goederenvervoer 2,20% 6,84%
Horeca korte contracten 4,38% 4,66%
Agrarisch korte contracten 3,28% 5,76%
Algemene industrie 2,15% 6,89%
Overig personenvervoer 4,60% 4,44%
Openbaar vervoer 1,61% 7,43%
Slagersbedrijven 3,32% 5,72%
Elektrotechnische industrie 2,15% 6,89%
Koopvaardij 1,83% 7,21%

 

Ophef in de uitzendbranche

In de uitzendbranche is veel ophef over het besluit van Asscher om de sectorverloning af te schaffen. De ABU noemt het besluit ‘onverstandig’ In zijn blog op Flexmarkt.nl spreekt Patrick Hustinx (Professionals in Flex) zelfs van de ‘wraak van Asscher.’ Volgens Hustinx heeft de demissionair minister het gemunt op flexwerk en probeert hij in zijn nadagen als minister nog zijn gram te halen. Hij noemt het besluit een ‘een laatste emotionele uithaal als afscheid’.

Lees ook: Afschaffen sectorverloning ‘oneerlijk’ en ‘onverstandig’

 

Over Auteur

Reageer