Veel mensen die werken met een nulurencontract of min-maxcontract voelen zich volgens FNV uitgebuit en wanhopig. ‘Ze doen vaak jaren achtereen hetzelfde werk, maar horen pas kort van tevoren wanneer ze moeten werken. Als ze ziek zijn of vakantie nemen krijgen ze geen geld, terwijl dat wel wettelijk verplicht is’, aldus FNV.
Dit blijkt uit de tussentijdse conclusies van het meldpunt kruimelcontracten van de FNV. In de eerste weken kreeg het meldpunt bijna 250 meldingen, uit alle sectoren van de economie: beveiliging, bibliotheken, banken, maar ook media, musea, taxi, thuiszorg, voeding en vervoer. 80 procent doet hetzelfde werk als een collega met een vast contract, terwijl maar een kwart ook evenveel verdient. Driekwart wil liever een vast contract.
Nul-uren
De meeste meldingen gaan over nulurencontracten. De melders zijn onzeker over het aantal uren dat ze in een maand mogen werken en hoeveel ze daarmee verdienen. In veel gevallen krijgen mensen ook niet de doorbetaling waar ze wettelijk recht op hebben als er geen of minder werk is.
Wanhopig
Uit de meldingen blijkt dat veel mensen wanhopig zijn en zich uitgebuit voelen. De psychische druk is erg hoog, vooral voor mensen met een gezin met kleine kinderen. Slechts één op de vijf werkt altijd op vaste tijden, voor bijna de helft zijn elke week de tijden anders.
Catelene Passchier (vicevoorzitter FNV in Beweging) spreekt in een reactie van ‘uitbuiting’: ‘We horen dat vaste banen worden omgezet naar flexcontracten. We weten van mensen die alleen mogen werken tijdens het spitsuur, bijvoorbeeld tijdens de maaltijdrondes in de zorg. Dan moet je twee keer per dag voor een paar uur naar je werk.’
Kruimelcontracten
‘We weten van winkelpersoneel dat op een rustige ochtend weer naar huis wordt gestuurd. Chauffeurs die ’s avonds moeten bellen of ze morgen wel hoeven te komen. Werkgevers en politiek moeten zich afvragen of dit nog acceptabel is. We noemen dit niet voor niets kruimelcontracten. Van kruimels kun je niet eten. Het is hoog tijd dat mensen weer een hele boterham kunnen verdienen.’ Het meldpunt blijft voorlopig geopend.
In 2012 telt het CBS 346.000 oproep- en invalkrachten. Daarnaast zijn er nog 860.000 contracten kleiner dan 12 uur. Van de jongeren tot 25 jaar heeft 55 procent een flexibel contract.