Omzetverlies door de coronacrisis vormt voor alle uitzenders een zware beproeving. Voor eigenrisicodragers voor de Ziektewet kwam hier in maart nog een ware hausse aan ziekmeldingen bij. Dat betekende alle hens aan dek bij de uitvoering, maar toonde ook de grote meerwaarde van actieve regie. Een verslag van de eerste ervaringen met eigenrisicodragen in het coronatijdperk.
Het coronavirus leidde medio maart tot een explosieve stijging van het aantal ziekmeldingen bij eigenrisicodragers. Landelijk viel een toename van 21% te noteren, in Noord-Brabant ging het zelfs om 36%. Een stevige uitdaging bij de uitvoering. Eigenrisicodragers zijn bij ziekte immers zelf verantwoordelijk voor de Ziektewetuitkering, ziektebegeleiding en re-integratie. Aan de andere kant betaalde zich nu uit dat een actieve schadelastbeheerder gewend is direct contact te zoeken om te vragen wat er precies aan de hand is.
Kwetsbare positie eigenrisicodragers
Zorgvuldige analyse van de achterliggende situatie bij iedere ziekmelding was om meerdere reden van groot belang. Om te beginnen mag duidelijk zijn dat er grote financiële belangen op het spel stonden. Eind maart was de totale schadelast door ziekmeldingen voor de BV Nederland al opgelopen tot € 1,12 miljard. Tegelijkertijd bevonden de werknemers in kwestie zich in een uiterst kwetsbare positie. Hun werk en nkomen vielen vaak van de ene op de andere dag weg doordat inleners in reactie op de coronacrisis massaal hun opdrachten introkken. Deze mensen hebben lang niet allemaal recht expert op WW of de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo). Een aanzienlijk deel is tegelijk werknemer en zelfstandig ondernemer en valt daardoor precies tussen wal en schip.
Op zoek naar oplossingen
Deze situatie was voor de Tweede Kamer uiteindelijk in april aanleiding om het kabinet op te roepen tot oprichting van een noodvoorziening voor flexwerkers. Medio maart was zo’n voorziening echter nog allerminst in zicht. Een maand later zou minister Koolmees (SZW) aangeven dat die ook verre van eenvoudig te realiseren is.
In de tussenliggende periode bleken ook inzichten en aanwijzingen vanuit UWV en SZW over correcte omgang met ziekmeldingen en vangnetvoorzieningen regelmatig te wijzigen. Dit maakte het noodzakelijk om in de uitvoering zo goed mogelijk met dit voortschrijdend inzicht om te gaan. Uiteindelijk kristalliseerde dit in de eerste week van april uit tot een eenduidig handelingskader dat vanaf dat moment ook zo is gehanteerd.
Regelmatig updates
Uitzenders vroegen en kregen in deze periode veelvuldig advies over correcte omgang met regels en voorzieningen. Over dit onderwerp vond ook druk overleg plaats met brancheverenigingen, het ministerie van SZW en UWV. Eigenrisicodragers ontvingen twee- tot driewekelijkse updates. Intussen viel uit signalen vanuit de markt op te maken dat UWV in deze periode niet of nauwelijks aan het nabellen van ziekmeldingen toekwam. Dat is overigens goed te begrijpen: deze instantie stond voor de enorme uitdaging om op de kortst mogelijke termijn uitvoering van de tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW) te realiseren.
Daarnaast is van nature de urgentie geringer. In tegenstelling tot eigenrisicodragende uitzenders is UWV immers verantwoordelijk voor zowel Ziektewet- als WW-uitkeringen.
Hogere rekening
Al met al was die eerste anderhalve maand voor eigenrisicodragers voor de Ziektewet én hun werknemers een hectische en spannende periode. In de uitvoering moesten grote inspanningen worden geleverd om alle ziekmeldingen na te bellen en helderheid te krijgen over het handelingskader. Desondanks staat vast dat de schadelast van deze uitzenders over de maanden maart en april fors hoger uitvalt dan normaal.
Bij dit laatste horen wel twee nuanceringen. De eerste ligt voor de hand en luidt dat de schade door omzetverlies vanzelfsprekend nog aanzienlijk groter is. De tweede nuancering houdt in dat nu al te voorzien is dat publiek verzekerde uitzenders straks met een kostenpost te maken krijgen die nog veel hoger uitvalt. Dit vergt wellicht wat meer uitleg.
Effect op Whk-premie
Publiek verzekerde werkgevers betalen alle publiek gefinancierde Ziektewetuitkeringen die UWV toekent. En het is duidelijk dat de hausse aan ziekmeldingen binnen de gehele uitzendbranche is opgetreden. Nu UWV amper aan nabellen is toegekomen, kan een nadelig effect op de Whkpremie niet uitblijven. En dat terwijl de premie van sector 52 per 1 januari 2020 al fors steeg als gevolg van de afschaffing van sectorverloning.
Lees ook: Whk-beschikking 2020 onderstreept belang grip op ziekteverzuim
Wie denkt dat deze coronarekening pas over twee jaar volgt, als we hopelijk een vaccin hebben en uit de crisis zijn, kon wel eens bedrogen uitkomen. Normaal werkt UWV inderdaad volgens het t-2 principe: de gedifferentieerde premie voor 2020 wordt bepaald door de kosten van 2018, enzovoort. Maar de Wet financiering sociale verzekeringen verplicht UWV om jaarlijks over de financiële ontwikkelingen te rapporteren en de uitgaven voor het komende kalenderjaar te begroten.
Ook erkent hij expliciet de optie van premiewijzigingen gedurende het jaar. Als de kosten exploderen, kunnen UWV en SZW dus wel degelijk tussentijds ingrijpen.
Voetnoot: Bij het ter perse gaan van het originele artikel was er nog geen duidelijkheid over een coronanoodfonds voor flexwerkers (TOFA).
Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met Acture Groep