Hoofdprijs van 1,3 miljoen is loon

0

Talpa heeft terecht bijna € 4,5 ton aan loonheffingen ingehouden over de hoofdprijs van € 1,3 miljoen van het tv-programma ‘De gouden kooi’.

De rechter oordeelde dat er een dienstbetrekking bestond tussen de deelnemers en de omroep.

De situatie

Alle deelnemers aan het tv-programma ‘De gouden kooi’ hebben een overeenkomst van opdracht gesloten met de omroep voor hun deelname aan het programma. De overeenkomst eindigde 12 maanden na vertrek uit het huis. In die periode moesten de deelnemers zich nog beschikbaar houden voor nevenwerkzaamheden. Volgens de bepalingen van de overeenkomst waren de deelnemers vrij om invulling te geven aan hun verblijf in het huis, maar waren ze wel gebonden aan de huisregels en moesten ze concrete instructies van de omroep opvolgen. De winnaar van het programma kreeg uiteindelijk een prijs van € 1,3 miljoen waarover, op verzoek van de belastingdienst, een bedrag van bijna € 450.000 aan loonheffing en premies werd ingehouden.

De vordering

De winnaar was het niet eens met die inhouding en tekende bezwaar aan tegen de inhouding van de loonheffingen en premies.

Het oordeel

De rechtbank oordeelde dat de deelnemers een dienstbetrekking hadden met de omroep. De overeenkomst voldeed aan de drie criteria van een dienstbetrekking: De deelnemers moesten de arbeid persoonlijk verrichten. Er was een gezagsverhouding omdat de omroep vergaande instructiebevoegdheden had en deelnemers kon verwijderen als die de instructies niet opvolgden. De deelnemers moesten zich ook nog 12 maanden na het verlaten van het huis beschikbaar houden voor nevenactiviteiten. Tot slot was sprake van loon: de deelnemers kregen een maandelijkse vergoeding van € 1.000 netto waarop loonheffing en sociale premies zijn ingehouden. De winnaar heeft salarisspecificaties van deze bedragen ontvangen.

De rechtbank overwoog ook dat de mogelijkheid om de hoofdprijs te kunnen winnen een wezenlijk onderdeel van de dienstbetrekking was en daarmee de hoofdprijs ‘voordeel uit de dienstbetrekking’ was. De inhoudingen waren dus terecht. Het bezwaar van de winnaar werd ongegrond verklaard.

Bron:
LJN BN3387, Rechtbank Den Haag
Eerste aanleg
Bezwaar tegen loonheffing
6 augustus 2010

Door mr. Ingrid Kooijman
 

Over Auteur

Reageer