Ook werknemer kan beter af zijn met payrolling

0

In de beeldvorming is payrolling vooral gunstig voor de werkgever. En de payroll-kracht is – letterlijk – het lijdend voorwerp. Dat beeld strookt in het geheel niet met de realiteit, zo blijkt uit een kleine rondgang onder payroll-specialisten.

 

Niet zelden zijn werknemers die worden ondergebracht bij een professionele payroller beter af in de nieuwe situatie.

Arbeidsvoorwaarden
Medewerkers die bij bedrijven werken die zelf niets hebben geregeld op het gebied van pensioenvoorzieningen en dergelijke, zijn vaak beter af bij een payrollbedrijf. Met name in het MKB zijn er nogal wat bedrijven die op het randje van het wettelijke minimum opereren qua arbeidsvoorwaarden. Wessel Koning, accountmanager bij Randstads payroll-onderdeel P/flex: ‘Wij hebben bij een implementatie meegemaakt dat de arbeidsvoorwaarden vanuit de VPO-CAO beter waren (pensioen + ziekteregeling) dan de arbeidsvoorwaarden van de medewerkers die bij de opdrachtgever zelf in dienst waren. Er werd vervolgens aangegeven liever bij ons op de payroll te komen, dan op contractbasis bij de opdrachtgever.’

Baanzekerheid
Ook op het gebied van baanzekerheid kan een payroll-dienstverband gunstiger uitvallen. Koning: ‘Wat ik regelmatig tegenkom is dat een opdrachtgever geen contract voor onbepaalde tijd mag of kan afgeven, maar dit wel via een payroll-constructie kan doen. De medewerker krijgt dan bij ons een contract voor onbepaalde tijd en blijft werken bij de opdrachtgever. Hierdoor behoudt het bedrijf de kennis en kunde van de medewerker, en de medewerker behoudt zijn baan. Iedereen blij!’

Risico’s beter gespreid
Maarten Tanja, advocaat bij Köster Advocaten en voormalig beleidsmedewerker ABU (jur. zaken en arbeidsvoorwaarden), noemt ook baanzekerheid als belangrijk pluspunt van payrolling. ‘Met name waar het gaat om inleners in conjunctuurgevoelige sectoren. Payroll-ondernemingen hebben doorgaans klanten (en dus werknemers) in uiteenlopende bedrijfstakken, waardoor het risico veel meer gespreid is. Valt de inlener om, dan zijn de werknemers niet direct de dupe. Met name onder toepassing van de VPO-CAO. Daar geldt immers een ruime herplaatsingstermijn (oplopend tot vier maanden) en in veel gevallen ook een financiële compensatie (beëindigingsvergoeding). De werknemer profiteert dus mee van de schaalgrootte van zijn nieuwe payroll-werkgever.’

HR-service
Last but not least gaat de HR-service er voor veel payroll-krachten vaak stukken op vooruit als ze in dienst komen bij een professionele payroller, constateert Raoul van Heese, partner bij Payper. ‘Het voordeel voor de payroll-kracht zit hem in de meeste gevallen niet zozeer in de arbeidsvoorwaarden. Baanzekerheid is zeker wél een belangrijk pluspunt, maar de meerwaarde zit hem toch voornamelijk in een betere HR-dienstverlening. Gespecialiseerde payrollers zorgen voor een netter, effectiever en informatiever verloningsproces. Ze leggen de werknemer daadwerkelijk uit wat er op hun loonstrook gebeurt. Dat is hun core business.’

Uitgangssituatie bepalend
Of, en in welke mate payrolling gunstig uitpakt ten opzichte van de situatie bij de inlener voordien, hangt sterk af van de uitgangssituatie van de werknemer. Hoe losser de voormalige dienstbetrekking was, en hoe magerder de (secundaire) arbeidsvoorwaarden waren, hoe meer de kersverse payroll-kracht er doorgaans op vooruitgaat. Hierbij moet opgemerkt worden dat de VPO-CAO voor de werknemer doorgaans gunstiger uitpakt dan de ABU- of NBBU-CAO.

Over Auteur

Reageer