Overgang van onderneming, nulurencontract en referteperiode

0

Een werkgever betaalt een werkneemster met een nulurencontract dat diverse malen verlengd is geen loon.

Maar de werkneemster heeft door diverse verlengingen inmiddels een contract voor onbepaalde tijd en is na de overname van een bedrijf gewoon in dienst bij de werkgever. Die moet haar het gemiddelde loon betalen dat ze verdiende in de afgelopen drie maanden.

De situatie

Een werkneemster heeft bij haar werkgever een tijdelijk nulurencontract dat meer dan drie keer is verlengd en al een looptijd heeft van meer dan 36 maanden. Als het bedrijf wordt overgenomen door een andere partij, krijgt ze – tot twee keer toe – een nieuw tijdelijk nulurencontract aangeboden. Ze weigert om die contracten te ondertekenen. Per brief geeft ze wel aan dat ze beschikbaar is voor werk. De nieuwe werkgever roept haar niet op en betaalt haar geen loon.

De vordering

De werkneemster spant een kort geding aan. Ze meent dat door de verlengingen er inmiddels een contract voor onbepaalde tijd is ontstaan. Ook is er sprake is van een overgang van onderneming en daarmee is ze voor onbepaalde tijd in dienst is van de nieuwe werkgever. Omdat ze in de drie maanden voor de overgang van onderneming gemiddeld 87 uur per maand heeft gewerkt, heeft ze nu ook recht op dat salaris.

Het verweer

De nieuwe werkgever ontkent dit alles in alle toonaarden. Er is geen sprake van een overgang van onderneming en dus geen arbeidsovereenkomst, zeker geen overeenkomst voor onbepaalde tijd. De werkneemster heeft geen recht op loon, omdat ze niet is opgeroepen voor werk. Verder heeft het bedrijf ook geen geld om het gevorderde loon te betalen.

Het oordeel

De rechter maakt in het voorlopig oordeel korte metten met de werkgever. Gezien de reeks van arbeidsovereenkomsten en de totale looptijd ervan is er wel degelijk sprake van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.

De overgang van onderneming blijkt ook duidelijk uit het contract tussen de twee bedrijven waarin staat dat de nieuwe werkgever het bedrijf in zijn geheel overneemt en voortzet. Dat beeld wordt nog versterkt door het feit dat het bedrijf is voortgezet met vrijwel hetzelfde personeel met dezelfde inventaris. De identiteit van het bedrijf is dus hetzelfde gebleven.

Het loon is ook verschuldigd. De drie maanden voorafgaand aan de overgang van de onderneming lijken representatief te zijn.

De rechter wijst de loonvordering van de werkneemster toe en geeft nog aan dat financieel onvermogen in het recht niet wordt aanvaard als reden om geen loon te betalen.

Bron:
LJN BP3844
, Kantonrechter Assen
Rechtsvermoeden arbeidsomvang,
ketenregeling
Kort geding, 09 februari 2011

Door mr. Ingrid Kooijman

Over Auteur

De redactie van Flexmarkt zorgt er gezamenlijk voor dat jij op de hoogte blijft van inspirerende en vooral betrouwbare vakinformatie over gerelateerde onderwerpen op gebied van flexwerkers, ondernemen, payroll en de uitzendbranche.

Reageer