Voorstellen ABU tegen schijnconstructies

5

ABU maakt zich zorgen over oneerlijke concurrentie tussen buitenlandse en Nederlandse uitzendondernemingen. Daarom roept de bond minister Asscher van Sociale Zaken op paal en perk te stellen aan internationale schijnconstructies.

De Westlandse wethouder Arne Weverling (arbeidsmigratie) riep eerder deze week op om in Europees verband een einde te maken aan mogelijke schijncontructies voor Poolse arbeiders. ‘De schijnconstructie houdt in dat arbeidsmigranten naar Poolse maatstaven worden betaald en dus rond de 500 euro per maand krijgen. Dat salaris wordt in Nederland aangevuld met een onkostenvergoeding van 1000 euro waar geen belasting over hoeft te worden betaald, wordt de Polen voorgehouden. Maar bij terugkomst in het land moeten ze over die 1000 euro alsnog belasting afdragen’, waarschuwt Weverling. Door deze constructie kan een uitzendbureau een lager tarief rekenen en dat veroorzaakt valse concurrentie.

ABU heeft een aantal voorstellen om de schijnconstructies tegen te gaan:

  • Uitbreiding van de Wet arbeidsvoorwaarden grensoverschrijdende arbeid (WAGA) zodat uitzendondernemingen uit het buitenland meer Nederlandse arbeidsvoorwaarden moeten toepassen. De WAGA kent nu slechts een zevental minimumvoorwaarden maar door meer voorwaarden uit de CAO in de WAGA op te nemen – zoals loondoorbetaling bij ziekte en de huisvestingsnorm – ontstaat er meer gelijkheid op de markt en wordt oneerlijke concurrentie onmogelijk. Bovendien zouden meer sectoren, waar internationale arbeidsmigratie relevant is, in hun cao’s een WAGA-paragraaf moeten opnemen om duidelijkheid te verschaffen aan buitenlandse dienstverleners.
  • Een strengere handhaving op de afgifte van het zogeheten A1-formulier. Om als buitenlandse uitzender in Nederland actief te zijn, is er voor alle uitgezonden werknemers een A1-formulier nodig. Op basis van dit formulier kan UWV zien dat er sociale premies in het vestigingsland worden afgedragen. Aan de afgifte van het A1-formulier zijn voorwaarden verbonden. Er wordt in Europa te weinig gedaan aan de controle op deze voorwaarden. De ABU bepleit bij de minister daarom meer controle op de afgifte van deze A1-formulieren.
  • Meer samenwerking en informatie-uitwisseling tussen publieke en private handhavers ook over de grens. Als buitenlandse uitzendondernemingen actief zijn in Nederland zouden zij ook onderzocht moeten kunnen worden door de private CAO-politie, de SNCU. Als dit niet kan, wordt het te makkelijk om zich aan het Nederlandse regime te onttrekken door een vestiging in het buitenland te openen. De private handhaving moet ook informatie kunnen uitwisselen met buitenlandse handhavers om het net ook in Europees verband sluitend te krijgen. Eerder liet minister Asscher weten een grotere rol voor de overheid te zien bij CAO-handhaving. De ABU is van mening dat juist op het internationale speelveld, waar de complexiteit van de arbeidsconstructies steeds groter wordt, die rol van de overheid gewenst is.
  • De zogeheten ‘Westlandroute’ kenmerkt zich door een relatief hoge onkostenvergoedingen en een laag loon waarmee de buitenlandse intermediair ogenschijnlijk het niveau van het Nederlandse wettelijk minimum loon betaalt. De onkostenvergoeding mag, volgens de regels echter maar voor 25% meetellen in de berekening van het minimum loon. In de praktijk wordt anders gehandeld en wordt er dus onder het wettelijk minimum loon betaald. De ABU roept op tot intensieve en gerichte controle op betaling van het wettelijk minimum loon in geval van internationale dergelijke internationale constructies.
  • Tot slot roept de ABU de minister op met het oog op het vrij verkeer van Roemeense en Bulgaarse werknemers dat per 1 januari 2014 van kracht wordt, lering te trekken uit de ervaringen tot nu met het vrij verkeer van werknemers uit Europese lidstaten en tijdig met zijn Bulgaarse en Roemeense collega’s tot afspraken te komen.


Lees hier het volledige statement van de ABU
.

Over Auteur

5 reacties

  1. Ren? Roenhorst op

    Wanneer wordt er in Nederland nou eindelijk eens gehandhaafd en streng aangepakt en wordt er daadwerkelijk uitvoering gegeven aan de ET paragraaf uit het convenant en de CAO? Waarschijnlijk zijn de uitzendbureaus in Polen misschien moeilijk aan te pakken, maar ga dan met de inleners aan tafel en stel ze aansprakelijk, zelfs in de tuinbouw geldt de tuinbouw cao!

  2. Wekerom beleidsmedewerker op

    Oneerlijke concurrentie. Tja…Ken er nog een paar:
    Kijk eens naar het gebruik 26 weken abu cao, wat te denken van de enorme verschillen in de sectorpremies en last but not least het wel dan niet toepassen van het fenomeen “uitzendbeding”!!
    Als Europa de mogelijkheden cre?ert met het werken op een A1 verklaring dan zij dat zo. Handhaving prima. Nen 4400-2 moet voor deze uitzenders uit buitenland aanwezig zijn. Verplicht Abu of nbbu lid?? Interessant.
    Persoonlijk denk ik dat veel uitzenders het conservatief uitzenden zien afbrokkelen.
    Protectionisme zal in 1 Europa niet helpen. Wees innovatief. Verlonen uit andere landen kan wel eens de reddingsboei zijn!!!

  3. De grootste oneerlijke concurrenten van gecertificeerde uitzendbureaus zijn de vele, niet gecertificeerde, “keurige” Nederlandse bedrijven die werken met 0-uren contracten zonder enige rechtsbescherming voor de uitzendkrachten en met een kostprijs die daarom minimaal 20% lager ligt dan bij de gecertificeerde bedrijven. Zolang dit nog niet wordt aangepakt, vraag ik me af waarom de bedrijven die gebruik maklen van de “Polenconstructie” zich druk moeten maken. De enige oplossing is om uitzenden toe te staan voor NEN-4400-1 en/of NEN 4400-2 gecertificeerde bedrijven. Makkelijk te controleren en in ??n klap van het probleem verlost. Het is echt niet zo moeilijk…….

  4. Mijnheer Bos,
    Geheel met u eens. Met mijn hierboven geneoemde 3 punten komen we samen op 4.
    Nen 4400-2 moet verplicht worden gesteld voor de buitenlandse uitzendondernemeniingen ook in het kader van de Wet Ketenaansprakelijkheid een must!
    Ben benieuwd naar meer constructieve aanvullingen?.

  5. Van der Velde jurist arbeidsrecht op

    Wat Te denken van cao’s (stuwarooij) die ontwikkeld worden met maar 1 doel.
    Kostprijs manipulatie. Deze cao wordt dan in het kader van “contracting” ingezet.
    Wat doen de beleidsmakers hier aan?

Reageer