CBS: minder doorstroom flex naar vast

0

Het aandeel flexkrachten dat na een jaar een vaste baan kreeg is afgenomen van 14% in 2010 naar 11% in 2015. Uitzondering is het onderwijs, waar meer flexkrachten zijn doorgestroomd naar vast.

Dat blijkt uit de meest recente stroomcijfers van het CBS.

Het gaat hier om flexkrachten die een baan als uitzendkracht, oproepkracht of stagiaire hebben, of een baan met een vast dienstverband, waarbij de duur van de baan maximaal twee maanden (proeftijd) bedroeg.

Uitstroom flex

Van de werkenden die in 2015 begonnen als flexkracht werkte ruim de helft (56%) een jaar later nog steeds als flexkracht. Gedurende het jaar nadat ze begonnen als flexkracht, stroomde 11% uit naar een vaste baan en ging 4% als zelfstandige aan de slag. Daarnaast had 16% direct na uitstroom uit de flexibele schil een uitkering, en 13# had werk noch uitkering.

Minder doorstroom

In vijf jaar tijd is de doorstroom van flex naar vast afgenomen. Het percentage instromers dat na een jaar nog steeds in de flexibele schil verblijft is tussen 2010 en 2015 toegenomen van 48% naar 56%. Het aandeel flexwerkers dat binnen een jaar doorstroomde naar een vaste baan nam in deze periode af van 14% naar 11%.
Het kwam overigens wel minder vaak voor dat uitstromers direct na afloop van hun flexperiode geen werk hadden.

Onderwijs

Ruim een derde (34%) van de (45.000) werknemers die in 2015 begonnen als flexkracht in het onderwijs, stroomde binnen een jaar door naar een vaste baan. Vijf jaar eerder was dat nog amper een kwart (24%).

Andere sectoren

Er zijn ook enkele opvallende cijfers over de uitstroom van flex in andere sectoren. Zo had bijna 60% van de werknemers die in een flexbaan begonnen in de bedrijfstak landbouw, bosbouw en visserij, direct na het beëindigen van de flexperiode geen werk. Van de flexwerkers in de bedrijfstak cultuur, sport en recreatie begon 10% in het jaar erna als zelfstandige.

Ouderen vs. jongeren

Hoe vaak werknemers doorstromen naar een vaste baan na instroom in de flexibele schil hangt ook samen met leeftijd. Werknemers van 45 tot 55 jaar stromen naar verhouding het vaakst door naar een vaste baan (14%). Jongeren van 15 tot 25 jaar stromen met 7% relatief het minste door naar een vaste baan.

Dit onderzoek is 748.000 werknemers die in 2015 in een flexibele baan begonnen en geen onderwijs meer volgden. Het CBS maakt hierbij de kanttekening daarbij op dat in de periode 2015-2016 de economie zich nog in een periode van laagconjunctuur bevond en het herstel op de arbeidsmarkt nog pril was.

Bron: CBS

Lees ook: Hoogopgeleide flexkracht stroomt vaker door naar vast

 

Over Auteur

Reageer