Klaar voor nieuwe regelgeving? ‘Door low code kun je snel schakelen’

0

Voor uitzendondernemers is het belangrijk dat vanaf de eerste week van januari in 2023 relevante gewijzigde wet- en regelgeving in de door hen gebruikte software ingebakken zit.  Hoe zorg je dat je snel kunt inspringen op alle wijzigingen? De sleutel tot succes is een low code-platform”, zegt Patrick Luitwieler van Flexmeester.

Low-code is een vorm van softwareontwikkeling die is gericht op het visueel ontwerpen van applicaties. Het is momenteel een van de snelst groeiende manieren om software te ontwikkelen.” Met softtware die op een low code-platform is ontwikkeld, kun je snel schakelen, stelt Patrick Luitwieler, senior application engineer. “Daarmee kun je het platform snel en efficiënt aanpassen, als daar aanleiding toe is.”

En dat laatste is zeker het geval, constateert Luitwieler er achteraan. Hij komt vervolgens met talloze voorbeelden van wijzigende wet- en regelgeving. Van STIPP tot aan aanpassing van de AOW-leeftijd.

Pensioenregeling

STIPP is de pensioenregeling voor uitzendkrachten. Luitwieler: “Je hebt daarvan de basisregeling en plusregeling. In 2023 gaat de werkgeverspremie voor de basisregeling naar 8 procent. Daarmee wil de wetgever voorsorteren en de pensioenregeling in de uitzendbranche meer en meer marktconform maken.” Hij noemt in het verband van pensioen ook de WAZO-uitkering. “Dat is de zwangerschaps- en bevallingsuitkering. Je kunt als uitzendorganisatie ervoor kiezen deze uit te betalen en dan te laten vergoeden door het UWV of het UWV laten uitbetalen.”

Het kwam wel eens voor dat als de WAZO werd uitgekeerd door het UWV, de pensioenafdracht niet geregeld was, vertelt Luitwieler.  Vanaf 1 januari 2023 is de uitzendorganisatie verantwoordelijk voor die pensioenafdracht. Wij zorgen ervoor dat die pensioenafdracht ook mogelijk wordt in de salarissoftware.”

Fasensysteem

Ook in het fasensysteem van uitzendorganisaties komt een verandering. Dat is het systeem waarbij de uitzendkracht meer rechten en betere (ontslag)bescherming krijgt naarmate hij langer als uitzendkracht werkt. Fase 1-2 (bij de ABU bekend als fase A) gaat van 78 naar 52 weken. Fase 3 (fase B bij ABU) ging over 6 contracten in 4 jaar. Deze gaat in 2023 naar 6 contracten in 3 jaar. Luitwieler: “Dit is om sneller naar de hierna volgende fase te komen van een vast contract. De wetgever wil hiermee sneller arbeidskrachten zekerheid geven.”

Fiscale veranderingen

Ook in fiscale zin verandert er veel vanaf 1 januari. Luitwieler wijst op de mogelijkheid die uitzendorganisaties krijgen om het anoniementarief te herstellen. “Blijkt bij een controle dat een uitzendorganisatie de identiteit van een werknemer niet goed vastgesteld of bewaard heeft, dan moet deze het anoniementarief toepassen. De organisatie moet dan verplicht 52 procent loonbelasting inhouden. Vanaf 1 januari kun je, als het maar binnen het jaar gebeurt, dat tarief herstellen als alsnog de identiteit wordt vastgesteld.”

Thuiswerkvergoeding

Een relatief eenvoudige wijziging is de wijziging van de onbelaste reiskostenvergoeding van 0,19 eurocent naar 0,21 eurocent. De onbelaste thuiswerkvergoeding gaat per 1 januari van 2 naar 2,15 euro. Elektrische auto’s krijgen in 2023 nog steeds wel een korting op de bijtelling, maar deze wordt lager. Voor een nieuwe elektrische auto betalen organisaties 16 procent bijtelling. Luitwieler: “Dit is omdat de wetgever vindt dat de elektrische auto steeds gangbaarder is.”

Lage-inkomensvoordeel

Speciale aandacht vraagt Luitwieler voor de verruiming van het lage-inkomensvoordeel (LIV). Over 2022 (uitbetaald in 2023) wordt het LIV met terugwerkende kracht verhoogd van 0,49 naar 0,78 euro per uur. De maximale vergoeding wordt over 2022 (uitbetaald in 2023) maximaal 1.520 euro per werknemer per kalenderjaar. Een eerder voorgestelde verruiming voor 2023 (uitbetaald in 2024) is door het kabinet onlangs teruggedraaid. Luitwieler: “Ondanks het terugdraaien van de voorgenomen verruiming van de regeling, blijft de LIV een positieve prikkel om medewerkers langer in dienst te houden. Daarbij kun je als uitzendondernemer aanzienlijke bedragen terugkrijgen als je voldoet aan het urencriterium

Aanpassing AOW-leeftijd

Een ander aandachtspunt is de aanpassing van de AOW-leeftijd. “Ook dat moet je in het systeem goed hebben. Vanaf 1 januari wordt de grens verlegd naar 66 jaar en 10 maanden. Vanaf de maand waarin de werknemer de AOW-leeftijd bereikt, houdt de werkgever bij de loonheffing namelijk logischerwijs geen AOW-premie meer in.”

Bij de berekening van de aanslag inkomstenbelasting betaalt de werknemer wel AOW-premie, maar dan volgens een aangepast belastingtarief.

Ingebakken in platform?

“Dit zijn nog niet alle wijzigingen”, zegt Luitwieler tot slot. “Maar het is als uitzendondernemer die netjes wil voldoen aan wet- en regelgeving van het grootste belang om op de hoogte te zijn van deze wijzigingen. Belangrijk is ook om zeker te weten dat je platform daar scherp op is, zodat die wijzigingen in het platform ingebakken zijn.”

Dit artikel is stand gekomen in samenwerking met Flexmeester.

Over Auteur

Reageer