Later vandaag debatteert de Tweede Kamer of er op termijn werkvergunningen nodig blijven voor Roemenen en Bulgaren. De Kamer moet voor het einde van het jaar een beslissing nemen over het toelaten van Bulgaren en Roemenen.
Minister Kamp heeft tot nog toe geweigerd om Roemenen en Bulgaren zonder werkvergunning toe te laten, om verschillende redenen. Nederland is een van de tien EU-lidstaten die de toegang van Roemenen en Bulgaren nog beperken. Den Haag moet vóór 31 december besluiten of het die beperkingen wil handhaven, wat daarna nog maximaal 2 jaar kan.
Vrij verkeer van personen
Minister Kamp is van mening dat Roemenië en Bulgarije nog niet klaar zijn voor vrij verkeer van personen. De landen zouden zich nog te weinig hebben ingezet om corruptie en georganiseerde criminaliteit te bestrijden. Bovendien is Kamp van mening dat er Nederland nog genoeg werklozen te vinden zijn die de werkzaamheden in bijvoorbeeld de tuinbouw op zich zouden kunnen nemen. In november dit jaar kwam uit een onderzoek van de Erasmus Universiteit Rotterdam en het Nicis Institute naar voren dat maar liefst 41 procent van de Bulgaren in Nederland zwart werkt, onder Roemenen was dit 12 procent. Uit ander onderzoek blijkt overigens wel dat arbeidsmigranten een positieve economische bijdrage leveren
Overlast
Het kabinet is nog bezig met de aanpak van problemen en overlast die arbeidsmigranten met zich meebrengen, zoals uitbuiting van de migranten en overlast in bepaalde woonwijken. Kamp zei in november dit jaar dat het niet wenselijk is om meer arbeidsmigranten toe te laten, zolang Nederland met deze problemen kampt. Als de grenzen voor werknemers uit Roemenië en Bulgarije volledig opengaan, worden uit deze EU-landen nog eens 20.000 migranten verwacht.
Toelatingsbeleid
Afgelopen maand besloot het kabinet nog het toelatingsbeleid voor Roemeense en Bulgaarse arbeidsmigranten niet te versoepelen, zolang de werkloosheid aan het stijgen was en een recessie dreigde. Er werd daarom vorige maand vastgehouden aan de afspraak in het regeer- en gedoogakkoord van VVD, CDA en PVV dat tot 1 januari 2014 een werkvergunning nodig blijft voor werknemers uit Roemenië en Bulgarije. Alleen GroenLinks en D66 zijn tegen verdere beperkingen voor Roemenen en Bulgaren. GroenLinks spreekt van een achterhoedegevecht omdat van Europa de grenzen in 2014 toch open moeten.
Grotere toestroom dan verwacht
De toestroom van werkzoekenden uit Oost-Europa is de afgelopen jaren groter dan verwacht geweest. Volgens schattingen zijn nu tussen de 286.000 en 325.000 van deze migranten, veelal Polen, in Nederland.
2 reacties
Een kleine correctie … sinds de toetreding van Roemeni? en Bulgarije tot de EU in 2007 kunnen ingezetenen van deze twee nieuwe lidstaten zich al vrij binnen de EU bewegen (zij het met een paspoortcontrole aan de grenzen van het zogeheten Schengengebied) wonen en diensten verlenen.
Wat betreft het rapport van het NICIS … aangezien voor werk in loondienst een tewerkstellingsvergunning noodzakelijk is en deze niet (meer) aan Roemenen en Bulgaren worden verstrekt is het effect daarop dat zij niet naar hun thuisland terugkeren maar hun werkzaamheden in het zwarte circuit gaan uitvoeren. Daar hoef je geen academische opleiding voor genoten te hebben om dat te kunnen begrijpen. Een ondoordachte en populistische maatregel omdat de controle over deze groep geheel verdwijnt en er vele belastinginkomsten worden misgelopen.
Met die paar duizend slecht betaalde arbeidsplaatsen die deze groep voor z’n rekening neemt (bron: CBS), krijg je de half miljoen Nederlandse werklozen niet aan het werk. Dat lukt 50 jaar gelden al niet, en dat zal nu – in de verwende Nederlandse maatschappij anno 2011 – helemaal niet het geval zijn.
Hoe ver kan je als landsbestuurder de realiteit uit het oog verliezen?
Op grond van het Associatieverdrag met Roemenie en Bulgarije verleent Nederland voor vestiging van onderdanen uit deze landen een behandeling die niet minder gunstig is dan voor Nederlandse onderdanen.
Onder vestiging word verstaan:
Voor onderdanen, het recht op toegang tot en uitoefening van een economische activteit anders dan in loondienst.