Achteraf reden geven voor ontslag op staande voet mag niet

0

Een werknemer kan niet met terugwerkende kracht op staande voet ontslagen worden om redenen die ook nog eens pas na de ontslagdatum bekend zijn geworden.

 

De situatie

Een werknemer komt in mei 2007 op een jaarcontract in dienst bij een werkgever. Hij krijgt toestemming om ook wat werkzaamheden voor het bedrijf van zijn vrouw te doen, als dat maar buiten werktijd gebeurt. In oktober geeft de werkgever aan dat hij tevreden is over de resultaten die de werknemer op een beurs heeft geboekt. Maar omdat de werknemer niet heeft voldaan aan eisen uit het accountplan, worden er toch gesprekken gevoerd.

Als de werkgever geen verbetering in het functioneren ziet en constateert dat de werknemer sjoemelt met de bezoeken die hij bij klanten moet afleggen, wordt de werknemer op 22 oktober op non-actief gesteld. Twee dagen later, op 24 oktober, krijgt hij een brief waarin staat dat hij per de 22e op staande voet is ontslagen. Uit sms’jes op de door de werknemer ingeleverde telefoon blijkt dat hij zich ook tijdens werktijd heeft beziggehouden met activiteiten voor het bedrijf van zijn vrouw.

De vordering

De kantonrechter heeft de arbeidsovereenkomst – zonder vergoeding – voorwaardelijk ontbonden per 24 december 2007. De werkgever gaat deze beslissing in beroep.

Het oordeel

Het Hof bevestigt het oordeel van de kantonrechter. De werkgever was op de 22e blijkbaar nog niet van plan was om de werknemer op staande voet te ontslaan. Het niet voldoen aan het accountplan en de zogenaamde spookbezoeken waren blijkbaar geen reden voor ontslag. De werknemer is alleen op non-actief gesteld en er is hem een aanbod gedaan om de overeenkomst met wederzijds goedvinden te beëindigen. Op de 24e vond de werkgever het verrichten van activiteiten voor het bedrijf van zijn vrouw opeens met terugwerkende kracht wel een dringende reden.

De kantonrechter heeft volgens het Hof terecht geoordeeld dat de feiten samen geen objectieve reden voor ontslag op staande voet zijn. Er is geen verbetertraject uitgezet en het is onduidelijk gebleven of de werknemer de bezoeken nu wel of niet heeft afgelegd. Verder zeggen de sms’jes ook niet veel over de hoeveelheid tijd die werknemer aan de activiteiten voor zijn vrouw heeft besteed: er waren 35 berichten, waarvan zestien op initiatief van de werknemer en daarvan waren er nog acht in de avonduren verstuurd. Het waren korte, triviale berichten en het kon de werknemer nooit veel tijd gekost hebben om die te maken en te lezen, oordeelt het Hof.

Tot slot stelt het Hof dat een verklaring van 28 november er ook niet achteraf voor kan zorgen dat het ontslag achteraf geldig wordt verklaard. Het Hof verwijst daarbij naar een uitspraak van de Hoge Raad (HR 24 febr. 1995, NJ1995, 450).

Bron:
LJN BQ5308
, Hof Den Bosch
Ontslag op staande voet
Hoger beroep, 17 mei 2011

Door mr. Ingrid Kooijman

Over Auteur

De redactie van Flexmarkt zorgt er gezamenlijk voor dat jij op de hoogte blijft van inspirerende en vooral betrouwbare vakinformatie over gerelateerde onderwerpen op gebied van flexwerkers, ondernemen, payroll en de uitzendbranche.

Reageer