Ontslag bleek niet onredelijk

0

De gevolgen van het beëindigen van een
uitzendovereenkomst: het opzeggen van een uitzendovereenkomst met
ontslagvergunning.

De feiten
Een uitzendkracht kan niet worden herplaatst en heeft een aantal keer langere perioden in de leegloop gezeten. Een ontslagvergunning is door het CWI geweigerd, omdat de uitzendkracht kort daarvoor een periode heeft gewerkt, zij het onder de kostprijs. Na deze laatste opdracht is het uitzendbureau niet meer geslaagd in het realiseren van een nieuwe
opdracht. Na het verstrijken van de herplaatsingstermijn uit de cao voor uitzendkrachten, is nu wel een ontslagvergunning verleend door het CWI. Vervolgens heeft het uitzendbureau het dienstverband opgezegd.

De uitzendkracht stelt dat het ontslag kennelijk onredelijk is. Om die reden heeft de uitzendkracht een schadevergoeding gevorderd. Volgens de uitzendkracht zijn er voldoende herplaatsingsmogelijkheden, maar deze functies zijn niet aan hem aangeboden, omdat de plaatsingen onder de kostprijs zouden uitkomen.

De uitzendkracht stelt dat het uitzendbureau bij het ontslag alleen financiële motieven heeft gehad. Omdat het hier een groot uitzendbureau betreft, zou de uitzendkracht volgens zijn zeggen best onder de kostprijs kunnen werken. Het uitzendbureau verweert zich onder meer met de stelling dat een opdracht onder de kostprijs niet als passend wordt beschouwd.

De beslissing
Volgens de kantonrechter kan het ontslag kennelijk onredelijk zijn als de herplaatsingsinspanningen onvoldoende zijn geweest. Daar is niets van gebleken. Onder omstandigheden kan van een werkgever gevergd worden een werknemer gedurende zekere tijd op of onder de kostprijs te laten werken. Dat behoort tot het ondernemersrisico. De termijn die de rechter daarvoor redelijk oordeelt, komt overeen met de duur van de herplaatsingstermijn. De rechter heeft het ontslag niet als kennelijk onredelijk beoordeeld en daarom geen vergoeding toegekend.

Kantonrechter Amsterdam 13 november 2006, Jurisprudentie Arbeidsrecht 2007, nr. 3

Commentaar
Het uitzendbureau heeft er verstandig aan gedaan de uitzendkracht niet opnieuw onder de kostprijs te werk te stellen. Had zij dat wel gedaan, dan was nadien een nieuwe herplaatsingstermijn gaan lopen. Gedurende een redelijke termijn – lees: de herplaatsingstermijn volgens de cao – is het te werk stellen onder de kostprijs een door het uitzendbureau verplicht te aanvaarden ondernemersrisico. Deze uitspraak baant mogelijk een nieuwe weg in de ontslagpraktijk voor de uitzendbranche.

Bron: mr. J.M. Caro, Advocatenkantoor Werk & Wet

Over Auteur

De redactie van Flexmarkt zorgt er gezamenlijk voor dat jij op de hoogte blijft van inspirerende en vooral betrouwbare vakinformatie over gerelateerde onderwerpen op gebied van flexwerkers, ondernemen, payroll en de uitzendbranche.

Reageer