Gemiddeld stroomt per jaar ongeveer een kwart van de tijdelijke werknemers door naar een vast contract. Werknemers ouder dan 55 jaar stromen het minst vaak door.
Dit blijkt uit het UWV Kennisverslag 2011- II.
De doorstroom van een tijdelijk naar een vast contract is het hoogst in de leeftijdscategorie 45-54 jaar. Van de groep tijdelijk uitzendkrachten stroomt ongeveer 15 procent per jaar door naar een vaste baan.
Uit het rapport blijkt verder dat uitzendkrachten vaker dan andere werknemers met een tijdelijk contract een jaar later een WW-uitkering ontvangen of in de categorie ‘niet bekend’ vallen. In deze categorie vallen werknemers waarvan in de polisadministratie niet bekend is wat zij doen. Zij hebben zich waarschijnlijk deels teruggetrokken uit de arbeidsmarkt.
Volgens het UWV ligt de oorzaak van het verschil in de doelen waarvoor het werk wordt ingezet. Uitzendwerk wordt door werkgevers vooral kortdurend ingezet om ‘piek en ziek’ op te vangen, terwijl tijdelijke contracten worden gebruikt voor werk op projectbasis of als ‘verlengde proeftijd’ als mensen voor het eerst in dienst komen.
